GLAUCOOM
Glaucoom is een ernstige oogaandoening waarbij de oogzenuw geleidelijk wordt aangetast. In de meeste gevallen ontstaat deze schade door een verhoogde oogdruk, al kunnen ook andere factoren meespelen. De schade is onomkeerbaar en kan, zonder tijdige behandeling, leiden tot slechtziendheid of zelfs blindheid. Vroege opsporing is daarom van cruciaal belang.
De oogdruk wordt bepaald door het evenwicht tussen de aanmaak en afvoer van het kamerwater in het oog. Wanneer dit evenwicht verstoord is, stijgt de druk in het oog en kan dit de oogzenuw beschadigen.
RISICOFACTOREN
-
Hogere leeftijd
-
Verhoogde oogdruk
-
Familiaal belasting (glaucoom in de familie)
-
Etniciteit (hogere risico’s bij Afro-Amerikaanse, Afro-Caraïbische en Latijns-Amerikaanse populaties)
-
Bijziendheid
-
Hart- en vaatziekten
-
Gebruik van bepaalde oogdruppels of geneesmiddelen
SYMPTOMEN
In een vroeg stadium geeft glaucoom meestal geen klachten. Het gezichtsveldverlies begint vaak asymmetrisch, waardoor het niet meteen opgemerkt wordt: het andere oog compenseert het verlies. Klachten treden meestal pas op in een vergevorderd stadium, wanneer reeds aanzienlijke schade is opgetreden.
​​
Omdat glaucoom vaak pas laat klachten veroorzaakt, is een preventieve oogcontrole vanaf 40 jaar sterk aanbevolen — zeker als u risicofactoren heeft. Tijdige opsporing kan blijvende schade voorkomen.

ONDERZOEK BIJ GLAUCOOM
Bij elke controle van een volwassene wordt standaard de oogdruk gemeten. Een normale oogdruk ligt tussen 10 en 21 mmHg.
Om glaucoom vroegtijdig op te sporen of op te volgen, gebruiken we twee belangrijke aanvullende onderzoeken:
-
OCT-scan (Optical Coherence Tomography)
Deze beeldvorming laat toe om structurele schade aan de oogzenuw vroegtijdig te detecteren. -
Gezichtsveldonderzoek
Dit meet het functionele gezichtsveld en kan eventuele uitval in kaart brengen, zelfs wanneer u dit zelf nog niet opmerkt.
​
BEHANDELING
In de meeste gevallen kan glaucoom goed onder controle worden gehouden met oogdruppels die de oogdruk verlagen.
Deze druppels werken door:
-
de aanmaak van kamerwater te verminderen,
-
of de afvoer ervan te verbeteren.
Wanneer oogdruppels onvoldoende effect hebben of niet goed verdragen worden, zijn er andere opties:
-
Laserbehandeling, om de afvoer te verbeteren.
-
Chirurgie, om een alternatieve route voor het kamerwater te creëren en zo de druk blijvend te verlagen.